Informatie
Links
Contact
De terugbeltijden zijn: maandag t/m donderdag van 8.30 uur tot 17.00 uur vrijdag 8.30 uur tot 13.00 uur
Zien zonder bril
Overige behandelingen
Zur Suche Text hier eingeben.
De terugbeltijden zijn: maandag t/m donderdag van 8.30 uur tot 17.00 uur vrijdag 8.30 uur tot 13.00 uur
Staar (cataract) is een oogziekte waarbij de natuurlijke lens van het oog na verloop van tijd steeds troebeler wordt en het gezichtsvermogen in toenemende mate belemmert. Het zicht verschijnt dan als door een lichte sluier, die steeds dichter wordt naarmate de ziekte vordert.
Wij onderscheiden verschillende soorten staar, te beginnen met aangeboren staar (cataracta congenita), ouderdomsstaar (cataracta senilis), staar als gevolg van stofwisselingsziekten, cortisontherapie, diabetes mellitus (cataracta diabetica) alsmede huidziekten (cataracta syndermatotica), milieu-invloeden (staar als gevolg van hitte, stralingscataract als gevolg van UV-licht alsmede ook contusie staar (cataracta traumatica). Bovendien kan een onderscheid worden gemaakt tussen de plaats van herkomst in de lens. Dit wordt een capsulair cataract, een corticaal cataract of een nucleair cataract genoemd.
De meest voorkomende vorm is echter ouderdomsstaar, die na het 60e levensjaar optreedt. Strikt genomen is ouderdomsstaar geen ziekte, maar een degeneratie, d.w.z. een soort “slijtage” die alle mensen boven een bepaalde leeftijd treft. Net als bij het natuurlijk grijs worden van het haar, treedt leeftijdsgebonden lenstroebeling bij de ene persoon iets eerder in en bij de andere iets later, d.w.z. dat het begin van de ontwikkeling van de troebeling niet precies kan worden voorspeld. Ook het verloop van de troebeling valt hierdoor niet te voorspellen.
Het verloop van de vertroebeling, d.w.z. hoe snel de lichte, nauwelijks waarneembare sluier overgaat in een dichte mist, hangt namelijk af van individuele factoren.
Behalve ouderdomsstaar kunnen alle andere vormen van staar voorkomen in elke leeftijdsgroep, inclusief adolescenten, kinderen en zelfs pasgeborenen. Hoewel de vormen verschillen in hun oorzaken, zijn ze vergelijkbaar in hun symptomen en behandelingsmogelijkheden.
De essentiële onderdelen van ons oog zijn het hoornvlies, de iris, de ooglens, het netvlies en de oogzenuw. De natuurlijke lens van het oog bevindt zich direct achter de pupil. Het is glashelder, elastisch en heeft een zekere kromming waardoor invallend licht wordt gebroken.
Het ontstaan van staar kan verschillende oorzaken hebben, waarvan de algemene veroudering van het oog de meest voorkomende is. Vanaf 40 jaar kunnen de eerste tekenen van veroudering al zichtbaar worden in onze ogen. Zo kunnen bijvoorbeeld de brekingswaarden en de accommodatiewaarden, d.w.z. het vermogen van onze ogen om scherp te stellen, veranderen. Onze visuele prestaties nemen dan langzaam af. Dat komt door onze ooglenzen, die met de jaren minder elastisch worden. Bovendien kunnen verschillende onderliggende ziekten, zoals diabetes mellitus, de werking van onze ogen verstoren. Ook bepaalde medicijnen zoals cortison, verwondingen aan het oog of eerdere oogoperaties kunnen het vertroebelen van de lens versnellen. Een risicogroep voor het ontwikkelen van staar zijn mensen die al een verwonding of een operatie aan hun oog hebben gehad.
Tussen 65 en 75 jaar wordt meer dan 90 procent van de bevolking getroffen door staar. Na de leeftijd van 75 jaar ervaart de helft van hen een verminderd gezichtsvermogen. De vertroebeling van de lens veroorzaakt schitteringen, vooral ’s avonds bij tegenlicht tijdens het autorijden. Naarmate de ziekte voortschrijdt, wordt het zicht minder contrastrijk en steeds waziger. Op slecht verlichte plaatsen wordt het ook steeds moeilijker om kleuren te onderscheiden. Een ander neveneffect van staar is dat het steeds moeilijker wordt om mensen op afstand te herkennen, omdat het zicht waziger wordt.
Als de staar onbehandeld blijft, zal de betroffen persoon alleen licht en schaduw waarnemen in het stadium van vergevorderde staar (cataract matura). Door middel van een operatie kan de oude lens worden verwijderd en vervangen door een nieuw, individueel gekozen lensimplantaat.
Het is mogelijk om staar vast te stellen zelfs als u nog geen symptomen ervaart, omdat de gezichtsscherpte meestal nog vrij goed is bij het begin van de vertroebeling.
Voordat u de diagnose staar krijgt, zal uw arts u eerst vragen stellen over uw huidige symptomen en uw persoonlijke medische geschiedenis. Dan wordt uw oog grondig onderzocht. Tijdens het vooronderzoek worden verschillende diagnostische instrumenten gebruikt die informatie geven over de structuur van uw oog.
Tijdens het spleetlamponderzoek bekijkt de arts niet alleen uw ooglens, maar ook het hoornvlies, de oogzenuw en het netvlies achter in het oog.
Nauwkeurige meetprocedures zijn een vereiste voor een exacte berekening van het lensimplantaat en een individueel lensimplantaat advies. Hier bepalen we de lengte van de oogbol en de vorm van uw hoornvlies.
Bepaalde ziekten van de macula kunnen niet altijd met een vergrootglas (vanwege de troebele lens) worden opgespoord, daarom maken wij meestal een maculascan met de OCT. Met behulp van deze beeldvormingsprocedure kunnen wij u een zeer nauwkeurige uitspraak doen over het te verwachten succes van de operatie.
Nadat uw oog grondig is onderzocht, zal de arts een uitgebreid gesprek met u voeren en bespreken of een operatie zinvol is.
Als het oog helder is, is de wereld dat ook.
Ernst v. Feuchtersleben
Voor een uitgebreid lensimplantaat advies hebben we gedetailleerde informatie nodig over de structuur van uw oog. Wij gebruiken hiervoor de modernste diagnostische apparatuur.
Applanatie tonometrie is een methode om de oogdruk te meten. De oogdruk wordt meerdere malen gemeten bij het vermoeden van aanwezigheid van glaucoom.
Met een Pentacam® wordt de voorste oogkamer opgemeten. Dit wordt gedaan bij staar (cataract), hoornvliesaandoeningen en laser- en lenzenchirurgie.
Met behulp van een keratograaf maken wij een hoornvliestopografie. Het hoornvlies wordt heel precies in kaart gebracht, waardoor elke afwijking zichtbaar wordt.
Met dit apparaat (retina tomografie) wordt de oogzenuw onderzocht. Hierdoor is het mogelijk om glaucoomgerelateerde risicofactoren in een vroeg stadium te ontdekken en een bestaande
Bij elke oogaandoening is het belangrijk om de diagnose en het verloop te documenteren. Omdat veel aandoeningen een sluipend karakter hebben, worden deze met behulp
Bij pachymetrie wordt de dikte van het hoornvlies gemeten. Met pachymetrie wordt een betrouwbare meting verkregen.
M.b.v. de Optomap methode kan het netvlies, zonder het wijdstellen van de pupil, op afwijkingen worden gecontroleerd.
Een OCT brengt alle afzonderlijke lagen van het netvlies en het hoornvlies in kaart.
M.b.v. een lasermeting kan, voor een optimale berekening van kunstlenzen, de aslengte van het oog worden gemeten. Wij adviseren hiervoor het onderzoeksapparaat IOL-master.
Het verdient aanbeveling om jaarlijks het aantal endotheelcellen van het hoornvlies te laten meten.
Aberrometrie wordt toegepast bij staar (cataract), hoornvliesaandoeningen en laser- en lenzenchirurgie. Met een aberrometer kunnen verschillende afwijkingen m.b.t. het gezichtsvermogen worden onderzocht en vastgesteld.
Het sicca syndroom is een veelvoorkomende aandoening die wordt veroorzaakt door een verminderde productie van traanvocht. Dit kan leiden tot
In de loop van het leven krijgt iedereen te maken met een inkrimping van het glasachtig lichaam en dus ook
Adding {{itemName}} to cart
Added {{itemName}} to cart